maandag 24 april 2017

Artikel 2.113 Aanbestedingswet 2012


Artikel 2.113 Aanbestedingswet 2012 (oud):

De aanbestedende dienst toetst de inschrijvingen aan de door hem in de aankondiging of de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de prestatie.

MvT, Tweede Kamer, vergaderjaar 2009-2010, 32 440, nr. 3, pag. 90 (bij toen nog artikel 2.112):

Dit artikel beschrijft dat de aanbestedende dienst slechts kan toetsen aan de door hem in de aankondiging of de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de prestatie. Dit is een invulling van de algemene aanbestedingsrechtelijke beginselen van transparantie en objectiviteit. Deze beginselen zijn ontwikkeld in de jurisprudentie van het HvJEG. In het arrest Universale Bau (zaak C-470/99) overweegt het HvJEG dat de bepalingen uit de richtlijn Werken omtrent selectie en gunningscriteria dusdanig dienen te worden uitgelegd dat zij een verplichting met zich mee brengen alle potentiële inschrijvers voor de voorbereiding van hun offertes in kennis te stellen van de gunningscriteria waaraan die offertes moeten voldoen alsmede het belang van deze criteria, om op deze wijze de algemene aanbestedingsrechtelijke beginselen van transparantie en gelijkheid. In de daaropvolgende jurisprudentie onderstreept het Hof dat de algemene beginselen van aanbestedingsrecht de aanbestedende dienst verplichten de gunningscriteria in het bestek of de aankondiging zodanig moet formuleren dat alle redelijk geïnformeerde en zorgvuldige inschrijvers deze gunningscriteria op dezelfde wijze kunnen interpreteren (HvJEG van 18 oktober 2001, SIAC Construction, zaak C-19/00, Jur. 2001, blz. I-07725) Voorts heeft de aanbestedende dienst op basis van de genoemde beginselen de plicht de toegepaste gunningscriteria op dezelfde wijze te lezen. Teneinde aan deze beide verplichtingen te voldoen dien alle voorwaarden en modaliteiten van de gunningsprocedure in de aankondiging of het bestek dienen op een duidelijke, precieze en ondubbelzinnig wijze te worden geformuleerd (Succhi di Frutta, zaak C-469/99).

Artikel 2.113 Aanbestedingswet 2012 (nieuw):

De aanbestedende dienst toetst de inschrijvingen aan de door hem in de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de prestatie.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 34 329, nr. 3, pag. 22:

[…] Onder de aanbestedingsstukken vallen alle stukken die door de aanbestedende dienst of het speciale-sectorbedrijf worden opgesteld of vermeld ter omschrijving of bepaling van de onderdelen van de aanbesteding of de procedure. Daaronder vallen in ieder geval de aankondiging van de opdracht, de vooraankondiging indien deze wordt gebruikt als oproep tot mededinging, de technische specificaties, het beschrijvende document, de voorgestelde contractvoorwaarden, formats voor de aanbieding van documenten door gegadigden en inschrijvers, informatie over algemeen toepasselijke verplichtingen, de nota(»s) van inlichtingen en alle aanvullende documenten. […]

‘Inschrijving’ of ‘inschrijvingen’ is niet gedefinieerd in de Aanbestedingswet 2012.

Rechtbank Gelderland 27 maart 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:2042:


4.7.        […] Ter zitting heeft KPN haar stelling nog aangevuld en betoogd dat uit artikel 2:113 Aw 2012 voortvloeit dat mondelinge offertes, en daarmee dus de presentaties, niet kunnen worden meegenomen in de beoordeling, omdat niet controleerbaar is hoe wordt ingeschreven.

4.8.        Met betrekking tot dit nadere betoog overweegt de voorzieningenrechter dat een aanbestedende dienst op grond van artikel 2:113 Aw 2012 de inschrijvingen aan de door hem in de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de prestatie dient te toetsen. In dat artikel is niet opgenomen dat een mondelinge offerte of presentatie (al dan niet met behulp van sheets en/of speakernotes) bij een inschrijving niet is toegestaan. Het is evenmin in strijd met de Aw 2012 en/of geldende jurisprudentie om een presentatie te laten meewegen bij de beoordeling van de inschrijving, maar eerder juist vrij gebruikelijk om dat te doen.

4.9.        Voorts geldt dat uit artikel 2:115 Aw 2012 volgt dat nadere criteria ter bepaling van de economisch meest voordelige inschrijving onder meer de kwaliteit kunnen betreffen. Nu uit de aanbestedingsdocumenten blijkt dat de presentatie een subgunningscriterium op het gebied van kwaliteit is, kan de presentatie als zodanig worden meegenomen bij de beoordeling. Indien KPN van mening was/is dat dit in strijd met de vigerende regelgeving is, dan wel haar twijfels hierbij had, had zij hierover vragen kunnen stellen voorafgaand aan haar inschrijving. Dit heeft zij evenwel niet gedaan, zodat zij in dat opzicht te laat is om hierover thans nog te klagen. Haar betoog op dit punt treft dan ook geen doel.

Het gaat in kwestie niet om een ‘presenteer-opdracht’. In welk verband het bepaalde in r.o. 2.1 van het vonnis “[…] In bijlage C-010 Presentatie bij het beschrijvend document is onder meer het volgende opgenomen: […]” natuurlijk relevant is.

Vergelijk (ook):


Thans overigens ook relevant, artikel 2.113a Aanbestedingswet 2012 (nieuw):

1.            Gunningscriteria waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen aan de gunningscriteria voldoen.
2.            Een aanbestedende dienst controleert in geval van twijfel effectief de juistheid van de door de inschrijvers verstrekte informatie en bewijsmiddelen.

MvT, Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 34 329, nr. 3, pag. 81:

Artikel 2.113a betreft een nieuw artikel ter implementatie van artikel 67, vierde lid, tweede en derde zin, van richtlijn 2014/24/EU. Hierin wordt expliciet opgenomen dat de gunningscriteria moeten worden opgesteld op een wijze die ervoor zorgt dat de daadwerkelijke mededinging wordt gewaarborgd. Bij de gunningscriteria moeten specificaties worden opgesteld die dusdanig zijn dat de aanbestedende dienst op basis van die specificaties in staat is de door de inschrijvers verstrekte informatie te toetsen en hij eveneens kan toetsen in welke mate de inschrijvingen aan de gestelde gunningscriteria voldoen. Daarnaast is bepaald dat indien een aanbestedende dienst twijfelt aan de juistheid van de bewijsmiddelen die hij van de inschrijver heeft ontvangen in het kader van de gunningscriteria, hij deze juistheid effectief controleert. Dit betreft een inspanningsverplichting voor de aanbestedende dienst om de bewijsmiddelen na te gaan.

Maar behoeft in beginsel geen belemmering te zijn voor ‘de presentatie’ en/of ‘het interview’.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten