Artikel 2.113 Aanbestedingswet 2012 (oud):
De aanbestedende dienst toetst de inschrijvingen aan
de door hem in de aankondiging of de aanbestedingsstukken gestelde normen,
functionele eisen en eisen aan de prestatie.
MvT, Tweede Kamer, vergaderjaar 2009-2010, 32 440, nr. 3, pag. 90 (bij
toen nog artikel 2.112):
Dit artikel beschrijft dat de aanbestedende dienst
slechts kan toetsen aan de door hem in de aankondiging of de
aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de
prestatie. Dit is een invulling van de algemene aanbestedingsrechtelijke
beginselen van transparantie en objectiviteit. Deze beginselen zijn ontwikkeld
in de jurisprudentie van het HvJEG. In het arrest Universale Bau (zaak
C-470/99) overweegt het HvJEG dat de bepalingen uit de richtlijn Werken omtrent
selectie en gunningscriteria dusdanig dienen te worden uitgelegd dat zij een
verplichting met zich mee brengen alle potentiële inschrijvers voor de
voorbereiding van hun offertes in kennis te stellen van de gunningscriteria
waaraan die offertes moeten voldoen alsmede het belang van deze criteria, om op
deze wijze de algemene aanbestedingsrechtelijke beginselen van transparantie en
gelijkheid. In de daaropvolgende jurisprudentie onderstreept het Hof dat de
algemene beginselen van aanbestedingsrecht de aanbestedende dienst verplichten
de gunningscriteria in het bestek of de aankondiging zodanig moet formuleren
dat alle redelijk geïnformeerde en zorgvuldige inschrijvers deze
gunningscriteria op dezelfde wijze kunnen interpreteren (HvJEG van 18 oktober
2001, SIAC Construction, zaak C-19/00, Jur. 2001, blz. I-07725) Voorts heeft de
aanbestedende dienst op basis van de genoemde beginselen de plicht de
toegepaste gunningscriteria op dezelfde wijze te lezen. Teneinde aan deze beide
verplichtingen te voldoen dien alle voorwaarden en modaliteiten van de
gunningsprocedure in de aankondiging of het bestek dienen op een duidelijke,
precieze en ondubbelzinnig wijze te worden geformuleerd (Succhi di Frutta, zaak
C-469/99).
Artikel 2.113 Aanbestedingswet 2012 (nieuw):
De aanbestedende dienst toetst de inschrijvingen aan
de door hem in de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en
eisen aan de prestatie.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 34 329, nr. 3, pag. 22:
[…] Onder de aanbestedingsstukken vallen alle stukken
die door de aanbestedende dienst of het speciale-sectorbedrijf worden opgesteld
of vermeld ter omschrijving of bepaling van de onderdelen van de aanbesteding
of de procedure. Daaronder vallen in ieder geval de aankondiging van de
opdracht, de vooraankondiging indien deze wordt gebruikt als oproep tot
mededinging, de technische specificaties, het beschrijvende document, de
voorgestelde contractvoorwaarden, formats voor de aanbieding van documenten
door gegadigden en inschrijvers, informatie over algemeen toepasselijke
verplichtingen, de nota(»s) van inlichtingen en alle aanvullende documenten.
[…]
‘Inschrijving’ of ‘inschrijvingen’ is niet gedefinieerd in de
Aanbestedingswet 2012.
Rechtbank Gelderland 27 maart 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:2042:
4.7. […] Ter
zitting heeft KPN haar stelling nog aangevuld en betoogd dat uit artikel 2:113
Aw 2012 voortvloeit dat mondelinge offertes, en daarmee dus de presentaties,
niet kunnen worden meegenomen in de beoordeling, omdat niet controleerbaar is
hoe wordt ingeschreven.
4.8. Met
betrekking tot dit nadere betoog overweegt de voorzieningenrechter dat een aanbestedende
dienst op grond van artikel 2:113 Aw 2012 de inschrijvingen aan de door hem in
de aanbestedingsstukken gestelde normen, functionele eisen en eisen aan de
prestatie dient te toetsen. In dat artikel is niet opgenomen dat een mondelinge
offerte of presentatie (al dan niet met behulp van sheets en/of speakernotes)
bij een inschrijving niet is toegestaan. Het is evenmin in strijd met de Aw
2012 en/of geldende jurisprudentie om een presentatie te laten meewegen bij de
beoordeling van de inschrijving, maar eerder juist vrij gebruikelijk om dat te
doen.
4.9. Voorts
geldt dat uit artikel 2:115 Aw 2012 volgt dat nadere criteria ter bepaling van
de economisch meest voordelige inschrijving onder meer de kwaliteit kunnen
betreffen. Nu uit de aanbestedingsdocumenten blijkt dat de presentatie een
subgunningscriterium op het gebied van kwaliteit is, kan de presentatie als
zodanig worden meegenomen bij de beoordeling. Indien KPN van mening was/is dat
dit in strijd met de vigerende regelgeving is, dan wel haar twijfels hierbij
had, had zij hierover vragen kunnen stellen voorafgaand aan haar inschrijving.
Dit heeft zij evenwel niet gedaan, zodat zij in dat opzicht te laat is om
hierover thans nog te klagen. Haar betoog op dit punt treft dan ook geen doel.
Het gaat in kwestie niet om een ‘presenteer-opdracht’. In welk verband
het bepaalde in r.o. 2.1 van het vonnis “[…]
In bijlage C-010 Presentatie bij het beschrijvend document is onder meer het
volgende opgenomen: […]” natuurlijk relevant is.
Vergelijk (ook):
Thans overigens ook relevant, artikel 2.113a Aanbestedingswet 2012
(nieuw):
1. Gunningscriteria
waarborgen de mogelijkheid van daadwerkelijke mededinging en gaan vergezeld van
specificaties aan de hand waarvan de door de inschrijvers verstrekte informatie
daadwerkelijk kan worden getoetst om te beoordelen hoe goed de inschrijvingen
aan de gunningscriteria voldoen.
2. Een
aanbestedende dienst controleert in geval van twijfel effectief de juistheid
van de door de inschrijvers verstrekte informatie en bewijsmiddelen.
MvT, Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 34 329, nr. 3, pag. 81:
Artikel 2.113a betreft een nieuw artikel ter
implementatie van artikel 67, vierde lid, tweede en derde zin, van richtlijn
2014/24/EU. Hierin wordt expliciet opgenomen dat de gunningscriteria moeten
worden opgesteld op een wijze die ervoor zorgt dat de daadwerkelijke
mededinging wordt gewaarborgd. Bij de gunningscriteria moeten specificaties
worden opgesteld die dusdanig zijn dat de aanbestedende dienst op basis van die
specificaties in staat is de door de inschrijvers verstrekte informatie te
toetsen en hij eveneens kan toetsen in welke mate de inschrijvingen aan de
gestelde gunningscriteria voldoen. Daarnaast is bepaald dat indien een
aanbestedende dienst twijfelt aan de juistheid van de bewijsmiddelen die hij
van de inschrijver heeft ontvangen in het kader van de gunningscriteria, hij
deze juistheid effectief controleert. Dit betreft een inspanningsverplichting
voor de aanbestedende dienst om de bewijsmiddelen na te gaan.
Maar behoeft in beginsel geen belemmering te zijn voor ‘de presentatie’
en/of ‘het interview’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten