Jurisprudentie. Saai?
Rechtbank Oost-Brabant 25 november 2016, ECLI:NL:RBOBR:2016:6603:
4.10. […]
Rechters gedijen bij harde feiten naast een scherpe maatstaf. Beide ontbreken
hier. Wie evenwel, zoals hier [eiseres] , inschrijft op een aanbesteding,
waarin vooraf voor alle inschrijvers op gelijke voet kenbaar is dat er sprake
is van ruim omschreven subgunningscriteria en een open norm als maatstaf (het
is vooraf transparant dat het intransparant zal zijn), kan van de rechter, die
op het terrein van de opdracht over minder specifieke expertise pleegt te
beschikken dan de aanbestedende dienst en de doorgaans deskundige inschrijvers,
slechts een beperkte toetsing van de beoordeling van de inschrijving
verwachten. […]
Rechtbank Oost-Brabant 27 februari 2015, ECLI:NL:RBOBR:2015:1327:
4.19. Ook al
lijkt het er tot op zekere hoogte op dat wellicht meer de schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid
van inschrijvers wordt getest dan hun capaciteiten om een gebouw neer te
zetten, het in deze zaak geldende beoordelingskader biedt Woonbedrijf ruimte om
negatieve consequenties te verbinden aan haar gevoelen dat het, bij gebreke van
namen, minder duidelijk is gebleven hoe [eiseres] voornemens was vorm te geven
aan de samenwerking met ketenpartners. […]
4.32. Anders
dan Woonbedrijf, en in haar voetspoor [tussengekomen partij], acht de
voorzieningenrechter de geciteerde passages uit het Plan van aanpak moeilijk
anders uit te leggen dan dat [eiseres] zelf een totaalgarantie zal geven voor
het complete gebouw, terwijl ook de leverancier van de gevel en de puien een
gezamenlijke garantie zullen geven voor de complete gevel. Wie zonder mitsen en
maren een garantie verstrekt kan kort zijn. […]
Rechtbank Oost-Brabant 21 juli 2014, ECLI:NL:RBOBR:2014:4154:
4.4. De
aanbestedingspraktijk - en ook deze voorzieningenrechter - zit niet te wachten
op ontevreden gegadigden die zelf niet op de aanbesteding inschrijven, maar pas
enkele uren voor het sluiten van de inschrijvingstermijn, als de concurrentie
het point of no return bij de inschrijving reeds heeft bereikt en voor de bij
de aanbesteding betrokkenen de gunningsfase mag aanbreken, komen nakaarten over
een al eerder gesignaleerde fundamenteel ondeugdelijke opzet van de
aanbesteding. […]
Rechtbank Oost-Brabant 6 december 2013, ECLI:NL:RBOBR:2013:6831:
4.13. Terecht
heeft de gemeente aangevoerd dat enige mate van subjectiviteit inherent is aan
de beoordeling van - in hoge mate - kwalitatieve criteria als de onderhavige en
dat de rechter een beperkte toetsingsvrijheid heeft met betrekking tot de door
de aanbestedende dienst uitgevoerde beoordeling op die kwalitatieve criteria.
Ook [tussenkomende partij] heeft hierop gewezen. Een andere benadering zou
onwerkbaar zijn. Geen rechter kan vraagstukken van de categorie “is dit
blauwachtig grijs of grijsachtig blauw?” beslechten anders dan met een
nauwelijks te motiveren machtswoord. Dan kan de afweging beter bij de
aanbestedende dienst worden gelaten. […]
4.21. Daarnaast,
ten overvloede, geldt dat Vobi ook onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat
[tussenkomende partij] een abnormaal lage inschrijving heeft gedaan. Vobi komt
in de dagvaarding met een verwijt aan [tussenkomende partij] dat zij heeft
ingeschreven met een abnormaal lage inschrijving “kennelijk bewust om op die
wijze het emvi criterium op slinkse wijze om zeep te helpen.” Met
stemmingmakerij wint men geen kort geding. […]
Rechtbank ’s-Hertogenbosch 18 juni 2012, ECLI:NL:RBSHE:2012:BW8668:
4.3. De
onderhavige aanbestedingsdocumenten moeten in onderling verband zeer nauwkeurig
gelezen worden. Dat lijkt niet alleen inherent aan de wijze waarop in het
aanbestedingsrecht de formaliteiten in het algemeen een zekere tendens lijken
te hebben de werkelijkheid aan het zicht te onttrekken. In dit geval komt daar
nog bij dat het abstractieniveau van de onderhavige aanbestedingsstukken, de
daarin opgenomen algemeen en ruim geformuleerde omschrijvingen van hetgeen de
provincie van de inschrijvers verlangt en de vorm van aanbestedingsstukken met
bijlagen waar veelvuldig naar wordt verwezen, veel vergen van de lezer. […]
Allerminst!