Rechtbank Amsterdam 13 februari 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:1532:
4.3. Naar
het oordeel van de voorzieningenrechter heeft Gemeente Amsterdam de
inschrijving van Van Dorp Installaties in lijn van de hiervoor aangehaalde
jurisprudentie terecht ongeldig verklaard. In het ARW (zie de onder 2.3
opgenomen bepalingen) is vastgelegd, kort gezegd, dat bij de inschrijving het
Inschrijvingsbiljet (Bijlage G) moet worden ingediend bij gebreke waarvan de
inschrijving ongeldig is. Daarnaast is in Negometrix de verplichting van het
indienen van het Inschrijvingsbiljet, naast het indienen van de Specificatie
van de aanneemsom (bijlage H) ook vermeld. Daarbij is weergegeven dat het
Inschrijvingsbiljet leidend is. Over de noodzaak van het indienen van het
Inschrijvingsbiljet en de sanctie van uitsluiting kan vooraf dan ook geen
onduidelijkheid hebben bestaan. Hier is eenvoudigweg sprake van een bij de
inschrijving ontbrekend stuk dat, op straffe van uitsluiting, wel had moeten
worden verstrekt. Op grond van het gelijkheidsbeginsel heeft Gemeente Amsterdam
de inschrijving van Van Dorp Installaties dan ook terecht ongeldig verklaard
zonder haar in de gelegenheid te stellen het ontbrekende stuk alsnog in te
dienen.
4.4. Met
het voorgaande wordt voorbij gegaan aan de stelling van Van Dorp Installaties
dat, ongeacht de hiervoor aangehaalde jurisprudentie, het
proportionaliteitsbeginsel hier dient te prevaleren omdat de Europese
rechtspraak op deze meervoudig onderhandse aanbestedingsprocedure niet
onverkort van toepassing is, het om een eenvoudig te herstellen gebrek gaat
welk gebrek reeds in een eerder stadium had kunnen worden geconstateerd en
rechtgezet en de met het Inschrijvingsbiljet te verkrijgen informatie bij
Gemeente Amsterdam ook al via de wel ingediende Bijlage H en via de opname van
het bedrag in een invoerveld van Negometrix bekend was.
In dit verband wordt voorop gesteld dat, in
tegenstelling tot hetgeen Van Dorp Installaties betoogt, Gemeente Amsterdam
hier geen discretionaire bevoegdheid toekomt, maar gelet op het ARW en de ook
op deze aanbesteding van toepassing zijnde jurisprudentie gehouden is om de
inschrijving van Van Dorp Installaties vanwege het ontbreken van het
Inschrijvingsbiljet ongeldig te verklaren. Daar komt bij dat Gemeente Amsterdam
voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat Bijlage G en H inhoudelijk verschillen
waarbij met name van belang is dat op Bijlage H de verklaring ontbreekt dat de
inschrijver bereid is de opdracht aan te nemen en dat de inschrijving
overeenkomstig de bepalingen van het ARW en de aanbestedingsstukken is gedaan.
Deze verklaring ontbreekt ook op het invoerveld. Ten slotte kan ook het feit
dat in het Proces-verbaal van Opening geen melding is gemaakt van de
onvolledigheid van de inschrijving Van Dorp Installaties niet baten. Gemeente
Amsterdam heeft in dit verband terecht aangevoerd dat het Proces-verbaal van
Opening niet meer is dan een weergave van de gegevens die door de inschrijver
in Negometrix zijn ingevoerd en dat er geen verplichting bestaat om in dit
proces-verbaal de onvolledigheid van de inschrijving te vermelden.
Lijkt me in beginsel aannemelijk.
Wellicht waren de ‘gebreken’ in Hof Den Haag 23 juni 2015,
ECLI:NL:GHDHA:2015:1588, Rechtbank Overijssel 12 december 2016,
ECLI:NL:RBOVE:2016:4962 en Rechtbank Gelderland 18 april 2016,
ECLI:NL:RBGEL:2016:3280 (ook) ‘minder ernstig’.
(Maar) Toch (bij):
2.4. In Negometrix staat voor zover hier
relevant het volgende vermeld:
‘Toevoegen van een prijsbijlage is verplicht
Toelichting:
Inschrijver dient het Inschrijvingsbiljet en de
specificatie van de aanneemsom volledig in te vullen en ondertekend up te
loaden bij de Prijslijst in Negometrix.
Inschrijver dient de totale inschrijfsom exclusief BTW
in te vullen in de Prijslijst van Negometrix.
Let op:
- de
documenten “BIJ_G Model Inschrijvingsbiljet” en “BIJ_H (…) Specificatie aanneemsom”
vindt u in het tabblad “Tenderdocumenten” in de map (…)
- Het
Inschrijvingsbiljet is leidend.’
Bekruipt me (iets van) een gevoel van ‘function follows form’. Meer concreet (van): ‘ARW 2016 follows Negometrix’. Weet niet, of een en ander (dan) wel
altijd zo handig, duidelijk en lasten verlichtend is / werkt / uitpakt.……
Ik kom daar overigens ook op, vanwege het bepaalde in artikel 7.20.2
ARW 2016:
Van het openen van de inschrijvingen wordt
proces-verbaal opgemaakt. Het proces-verbaal van opening van de inschrijvingen
bevat ten minste de volgende gegevens:
a. de plaats en de datum van het openen
van de inschrijvingen;
b. een korte aanduiding van de
opdracht;
c. de namen en de adressen van de
inschrijvers;
d. de aanduiding van het perceel, de
percelen of het totaal waar de inschrijver op inschrijft;
e. bij
toepassing van het gunningscriterium van de laagste prijs, de inschrijvingssommen,
de omzetbelasting daarin niet begrepen;
f. eventuele in het oog springende
onregelmatigheden in de inschrijvingen;
g. de naam, functie en handtekening van
degene die de inschrijvingen heeft geopend;
h. de plaats en de datum van
ondertekening van het proces-verbaal.
Hetgeen immers meer lijkt te omvatten dan (zie r.o. 4.4 vonnis), “dat het Proces-verbaal van Opening niet meer
is dan een weergave van de gegevens die door de inschrijver in Negometrix zijn
ingevoerd.”