Als ik bijvoorbeeld kijk naar HvJEG 29 april
2004 in zaak C-496/99 P (Succhi di Frutta):
108 Er zij
aan herinnerd dat uit vaste rechtspraak van het Hof volgt dat, wat openbare
inschrijvingen betreft, de aanbestedende dienst het beginsel van gelijke
behandeling van de inschrijvers moet respecteren (zie met name arresten van 27
november 2001, Lombardini en Mantovani, C-285/99 en C-286/99, Jurispr. blz.
I-9233, punt 37, en 19 juni 2003, GAT, C-315/01, Jurispr. blz. I-6351, punt
73).
109 Uit de
rechtspraak volgt eveneens dat dit beginsel tot transparantie verplicht, opdat
de naleving ervan kan worden gecontroleerd (zie met name arresten van 18 juin
2002, HI, C-92/00, Jurispr. blz. I-5553, punt 45, en 12 december 2002,
Universale-Bau e.a., C-470/99, Jurispr. blz. I-11617, punt 91).
110 Het
beginsel van gelijke behandeling van de inschrijvers beoogt de ontwikkeling van
een gezonde en daadwerkelijke mededinging tussen de aan een overheidsopdracht
deelnemende ondernemingen te bevorderen en vereist dat alle inschrijvers bij
het opstellen van het in hun offertes gedane voorstel dezelfde kansen krijgen.
Het betekent derhalve dat voor deze offertes voor alle mededingers dezelfde
voorwaarden moeten gelden.
111 Het
beginsel van doorzichtigheid, dat er het corollarium van vormt, heeft in
essentie ten doel te waarborgen dat elk risico van favoritisme en willekeur door
de aanbestedende dienst wordt uitgebannen. Het impliceert dat alle voorwaarden
en modaliteiten van de gunningsprocedure in het aanbestedingsbericht of in het
bestek worden geformuleerd op een duidelijke, precieze en ondubbelzinnige
wijze, opdat, enerzijds, alle behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende
inschrijvers de juiste draagwijdte kunnen begrijpen en zij deze op dezelfde
manier interpreteren, en, anderzijds, de aanbestedende dienst in staat is om
metterdaad na te gaan of de offertes van de inschrijvers beantwoorden aan de
criteria welke op de betrokken opdracht van toepassing zijn.
115 In een
dergelijke context dient bijgevolg de Commissie, in haar hoedanigheid van
aanbestedende dienst, nauwgezet de door haarzelf vastgestelde criteria in acht
te nemen, niet alleen tijdens de inschrijvingsprocedure als zodanig, waarin de
offertes worden beoordeeld en de opdrachtnemer wordt gekozen, maar meer in het
algemeen tot aan het einde van de fase van uitvoering van de betrokken
aanbesteding.
Dan kan en wil ik (dus) in beginsel niet veel ‘algemene’ (praktische) ‘gevolgen’
en ‘consequenties’ verbinden aan Rechtbank Noord-Holland 11 februari 2016,
ECLI:NL:RBNHO:2016:734:
4.3. Met
Hedera is de voorzieningenrechter van oordeel dat, indien personen binnen het
inkoopteam voorafgaand aan de beoordeling van de kwaliteit op de hoogte waren
van de verschillende geoffreerde prijzen en zij zich daardoor mede (kunnen)
hebben laten sturen, dit in beginsel een schending kan opleveren van het
transparantiebeginsel, in die zin dat de objectiviteit van de beoordeling dan
in het geding is en er geen sprake is van een deugdelijk geborgd systeem. De
voorzieningenrechter is evenwel van oordeel dat in deze zaak niet is gebleken
van enige vooringenomenheid, van sturing van de scores of van een ondeugdelijk
geborgd beoordelingssysteem. In het licht van de toelichting van [C.] ter
zitting zijn de uitlatingen van Hedera, bij monde van mr. Groen, dan ook als
louter speculatief te beschouwen en gaat de voorzieningenrechter aan dit
bezwaar van Hedera voorbij.
“Houd beoordeling prijs en
kwaliteit strikt gescheiden!”
Ja, in het kader van de (sub-) gunningscriteria en ‘Succhi di
Frutta’. Maar in beginsel niet ‘meer’,
dan dat.
Strikt genomen is (en blijft) het (immers) de aanbestedende dienst die
in een aanbestedingsprocedure beoordeelt. En daartoe transparant volgens ‘Succhi
di Frutta’ zal (moeten) handelen. En zich zal (moeten) verantwoorden
door een deugdelijke motivering.
De beoordeling door de aanbestedende dienst vindt plaats volgens een
door de aanbestedende dienst bepaald ‘beoordelingssysteem’ dat (echter) strikt
genomen feitelijk (slechts) bestaat uit rechtsgeldige, bekend gemaakte gunningscriteria.
Er worden daartoe (inderdaad) natuurlijke personen aangewezen. Maar ook
zij kunnen (zullen) transparant volgens ‘Succhi di Frutta’ (moeten) handelen.
In welk geval het ‘beoordelingssysteem’ dan (ook) deugdelijk geborgd is.
Voor zover in de (feitelijke) beoordeling al sprake zou (kunnen) zijn
van (enige mate van) subjectiviteit, dan wordt die subjectiviteit
geobjectiveerd door de (vereiste) motivering c.q. door de (juiste) toepassing
van het motiveringsbeginsel door de aanbestedende dienst.
En ik sluit daarnaast ook niet uit, dat voornoemde overweging uit het
vonnis van Rechtbank Noord-Holland (mede) is ingegeven door de betreffende
aanbestedingsdocumenten en de daarin vastgelegde ‘spelregels’ waaronder het
‘beoordelingssysteem’ in kwestie. Ik heb daar geen zicht op, maar wil in dat
verband (toch) wijzen op:
Alsdan zou een en ander overigens (wederom) een aanwijzing (en
bevestiging) zijn, dat ‘het’ niet zozeer aan het (‘echte’) aanbestedingsrecht
ligt. Maar dat de praktijk uiteindelijk zelf verantwoordelijk is voor de hoeveelheid
en de ‘complexiteit’ van de (rechts-) regels.
Het is maar, wat we er - qua ‘inkoopteam’, ‘beoordelingscommissie’,
‘blanco aanleveren van inschrijvingen’, ‘prijs openingen’ e.d. - van (willen)
maken…….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten