“Maar goed, ook hier, het is (natuurlijk)
aanbestedingsrecht. En misschien zit ik (al) met te veel kerstgedachten (en
-wensen)……..”
En dat blijkt………..
Uit Rechtbank Rotterdam 5 december 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:10372:
2.5. Inschrijvers
moesten bij hun inschrijving ook het Uniform Europees aanbestedingsdocument
(UEA) indienen. RBO heeft het door haar ingeleverde UEA niet volledig ingevuld.
RBO heeft in onderdeel III B van het UEA (Uitsluitingsgronden, Gronden die
verband houden met de betalingen van belastingen of sociale premies) nagelaten
om één van de twee opties (ja/nee) aan te vinken bij de vraag:
“Heeft de ondernemer voldaan aan al zijn
verplichtingen met betrekking tot betaling van belasting of sociale premies,
zowel in het land waar hij is gevestigd als in een lidstaat van de
aanbestedende dienst of aanbestedende entiteit indien dit een ander land dan
thans van vestiging?
|Belastingen O ja O
nee |Sociale premies O ja O nee”
[…]
4.2. In de
jurisprudentie wordt aanvaard dat in uitzonderlijke gevallen inschrijvingen op
aanbestedingen kunnen worden verbeterd of aangevuld, met name omdat deze
klaarblijkelijk een eenvoudige precisering behoeven of om kennelijke materiële
fouten recht te zetten, mits deze wijziging er niet toe leidt dat in
werkelijkheid een nieuwe inschrijving wordt voorgesteld. Uit het door de
Combinatie genoemde SAG-arrest volgt echter dat het hierbij om een bevoegdheid van de aanbestedende dienst.
De gemeente Rotterdam heeft derhalve geen verplichting
om het gevorderde herstel toe te laten.
4.3. Bovendien
is in dit geval sprake van een knock-outcriterium. Het beschrijvend document
bepaalt uitdrukkelijk dat een onvolledige inschrijving niet voor gunning in
aanmerking zal komen. Uit de jurisprudentie van het HvJ-EU volgt dat indien het
voldoen aan de desbetreffende eis op straffe van uitsluiting van deelname aan
de aanbesteding is voorgeschreven, herstel van het gebrek niet is toegestaan.
De aanbestedende dienst is verplicht de door hem zelf gestelde eisen nauwgezet
toe te passen. In plaats van een bevoegdheid tot herstel, is in dit geval,
gelet op de tekst van het beschrijvend document, sprake van een verbod tot
herstel (vgl. rov. 44 in HvJ- EU 14-12-2016, C-171/15, ECLI:EU:C:2016:948
inzake Connexion en rov. 40 in het door de Combinatie aangehaalde
Manova-arrest). Dat betekent dat de vorderingen worden afgewezen.
In mijn aanbestedingen gaat het in beginsel niet om een/het UEA:
“In het geval van een gebrek in het (als bijlage
3 aan dit Aanbestedingsdocument gehechte) UEA (de eigen verklaring) of
in geval van een gebrek met betrekking tot de bewijsmiddelen/bewijsstukken
stelt de Aanbestedende dienst de betreffende Inschrijver in de gelegenheid om
het gebrek te herstellen binnen een termijn van 2 werkdagen, te rekenen vanaf
de dag van verzending van een verzoek daartoe. De Aanbestedende dienst verzendt
dit bericht per elektronisch bericht. Indien de Aanbestedende dienst het
gevraagde niet binnen de daartoe gestelde termijn heeft ontvangen of indien het
gebrek niet door het antwoord is hersteld, komt de Inschrijver niet in
aanmerking voor verdere deelname aan de Aanbestedingsprocedure.”
Zie ook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten