dinsdag 7 november 2023

Eén (1) inschrijving

Volgens vaste jurisprudentie, zie bijvoorbeeld HvJEU 8 december 2022 in zaak C‑769/21 (BTA Baltic Insurance Company), geldt weliswaar:


31           In dit verband moet er meteen aan worden herinnerd dat het Unierecht, zoals blijkt uit de rechtspraak van het Hof, zich er niet tegen verzet dat de lidstaten voorzien in de in artikel 55, lid 1, van richtlijn 2014/24 bedoelde mogelijkheid om een besluit tot intrekking van een aanbesteding vast te stellen om redenen die met name verband houden met de beoordeling of het uit het oogpunt van het algemeen belang opportuun is om een aanbestedingsprocedure te voltooien, onder meer gelet op het feit dat de economische context, de feitelijke omstandigheden of de behoeften van de betrokken aanbestedende dienst eventueel zijn gewijzigd of dat het concurrentieniveau te laag was en aan het einde van de procedure voor het plaatsen van de betrokken opdracht slechts één inschrijver geschikt bleek om die opdracht uit te voeren (zie, in die zin arrest van 11 december 2014 Croce Amica One Italia, C‑440/13, EU:C:2014:2435, punt 35).

Maar, met een goede opdrachtomschrijving, een goede raming, en de kennis en het vermogen om de inschrijving te doorgronden, hoeft één (1) inschrijving niet per se bij voorbaat als problematisch te worden aangemerkt.

Met vorenbedoelde kennis van zaken, en denk daarbij ook aan het bepalen van een redelijke marge voor ‘winst en risico’ voor de opdrachtnemer, kan de aanbestedende dienst verder ook zelf (vooraf) de ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ binnen beschikbaar budget vaststellen.

En heeft de aanbestedende dienst (dus) ook geen ‘vergelijkingsmateriaal’ van (andere) inschrijvers nodig.

De vereiste uitvoeringskwaliteit is immers, bij een gunning op ‘laagste prijs’, in de opdrachtomschrijving opgenomen, en kan zodoende objectief geraamd worden.

Het gaat dan praktisch en feitelijk om de vraag: Wat is in redelijkheid de door de aanbestedende dienst te betalen (faire) vergoeding voor het uitvoeren van de opdracht conform de in de opdrachtomschrijving vastgestelde kwaliteit (-seisen)?

En de waarde (vergoeding) van (voor) de in het kader van de gunningscriteria door een inschrijver maximaal aan te bieden (te leveren) uitvoeringskwaliteit kan ook objectief geraamd worden.

Vervolgens is dan de relevante vraag die beantwoord moet worden: Wat is in redelijkheid de door de aanbestedende dienst te betalen (faire) vergoeding voor het uitvoeren van de opdracht conform de in de opdrachtomschrijving vastgestelde kwaliteit (-seisen) en de door een inschrijver in het kader van de gunningscriteria maximaal mogelijk aan te bieden (te leveren) kwaliteit?

In beide gevallen bestaat er aldus een door de aanbestedende dienst berekende ‘inschrijvingssom’, inclusief een (faire) vergoeding voor ‘winst en risico’, die tezamen met de te leveren uitvoeringskwaliteit de absoluut ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ binnen beschikbaar budget geeft.

Mogelijk biedt de enige inschrijver vorenbedoelde ‘inschrijvingssom’ aan?

Ook bij één (1) inschrijving kan de aanbestedende dienst overigens gunnen aan een inschrijver die in het kader van de gunningscriteria in de aanbestedingsprocedure niet een ‘10’ (maximaal), maar bijvoorbeeld een ‘6’ (voldoende), voor kwaliteit scoort.

Alsdan wordt niet gegund aan de absoluut ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ binnen beschikbaar budget, maar aan de, volgens de beoordelingssystematiek in de aanbestedingsprocedure, nog steeds aanvaardbare ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ binnen beschikbaar budget.

Daar doet het gebrek aan andere inschrijvers niets aan af. Met meerdere inschrijvers wordt immers ook niet per se gegund op de absoluut ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’ binnen beschikbaar budget.

Eén inschrijving is geen inschrijving.” is in voornoemd verband dus veel te kort door de bocht.

En overigens slechts te begrijpen, wanneer de aanbestedende dienst van (meerdere inschrijvingen uit) de markt afhankelijk is voor het bepalen van de (relatieve) ‘beste prijs-kwaliteitverhouding’.

Bijvoorbeeld omdat de aanbestedende dienst niet aanbestedingsrechtelijk kan ramen.

Hetgeen alsdan wel als problematisch moet worden aangemerkt.

Lees ook:

https://keesvandewater.blogspot.com/2023/03/de-objectieve-raming.html

En:

https://keesvandewater.blogspot.com/2023/10/duurzaamheid-realiseren.html 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten