Het document van de Europese Commissie (EC) met kenmerk C(2014) 9548
final d.d. 18.12.2014 betreffende ‘Steunmaatregel
SA.34646 (2014/NN) (ex 2012/CP) - Nederland - e-aanbestedingsplatform TenderNed’:
Roept bij mij vooralsnog wel een paar vraagtekens op. En overtuigt mij dus
nog niet helemaal.
Zie bijvoorbeeld punt 62:
Precies binnen deze context moeten de inrichting van TenderNed en
de activiteiten die zij verricht, worden getoetst aan artikel 107, lid 1, VWEU.
De publicatiemodule van TenderNed zorgt ervoor dat aanbestedende diensten en
speciale-sectorbedrijven voldoen aan de transparantieverplichting uit hoofde
van de Uniale en Nederlandse aanbestedingsregels en de inschrijvingsmodule van
TenderNed zorgt ervoor dat overheidsopdrachten correct volgens die regels
worden aanbesteed, terwijl met de e-gids wordt voldaan aan de verplichtingen
van Nederland uit hoofde van de Unieaanbestedingsrichtlijnen om aanbestedende
diensten en ondernemers informatie en ondersteuning te bieden, en de
verschaffing van statistische informatie aan de Commissie ook is bepaald in die
richtlijnen. De activiteiten van TenderNed zijn bijgevolg volledig terug te
voeren op het ondersteunen van de aanbestedingsactiviteiten van Nederlandse
overheidsinstanties en de verplichtingen van de Nederlandse Staat uit hoofde van
de aanbestedingsrichtlijnen.
“[-] en de inschrijvingsmodule
van TenderNed zorgt ervoor dat overheidsopdrachten correct volgens die regels
worden aanbesteed [-]”.
Aanbesteden lijkt mij (immers) nog steeds mensen- en maatwerk. En in
dat verband zorgen mensen er (in het voorkomend geval) voor, dat
overheidsopdrachten correct volgens de regels worden aanbesteed. En (dus) niet
de inschrijvingsmodule van TenderNed. En die mensen kunnen daartoe in beginsel (ook)
gebruik maken van TenderNed, Aanbestedingskalender, CTM, Negometrix e.d. Toch?
En iets geeft mij het gevoel, dat (om wat voor reden dan ook) de
suggestie wordt gewekt, dat de inschrijvingsmodule van TenderNed een
noodzakelijke voorwaarde is om correct volgens de regels aan te (kunnen)
besteden. Hetgeen mij (dan) wat (te) ver gaat.
En punt 63:
Die activiteiten zijn niet economisch van aard, maar vormen het
middel waarmee aanbestedende diensten en speciale-sectorbedrijven in Nederland
hun wettelijke verplichtingen uit hoofde van de nationale aanbestedingsregels
nakomen, die voortvloeien uit de Unieaanbestedingsrichtlijnen, en het middel
waarmee Nederland zijn verplichtingen uit hoofde van die richtlijnen nakomt. In
de aanbestedingsregels zijn specifieke regels voor de gunning van opdrachten
vastgesteld, die ervoor moeten zorgen dat overheidsinkopen zo rationeel,
transparant en eerlijk mogelijk verlopen. Deze regels zijn bedoeld om het
grootst mogelijke aantal ondernemers te informeren over opdrachten, om
voorkeursbehandelingen te voorkomen die bepaalde ondernemers boven andere
zouden kunnen begunstigen en om gezonde concurrentie tussen ondernemers te
borgen, hetgeen ervoor moet zorgen dat aanbestedende diensten de beste
kwaliteit krijgen voor het geld van de belastingbetalers. Aanbestedende
diensten en speciale-sectorbedrijven moet deze aanbestedingsregels nauwgezet
volgen omdat zij worden beschouwd als een onderdeel van de lokale, regionale of
landelijke overheid, en zij bijgevolg geacht worden bij hun inkoopgedrag niet
alleen met zuiver industriële of commerciële argumenten rekening te houden.
Bijvoorbeeld: “[-] hetgeen ervoor
moet zorgen dat aanbestedende diensten de beste kwaliteit krijgen voor het geld
van de belastingbetalers [-]”.
Daarmee lijkt mij een (uiteindelijk) ‘hoofddoel’ van de (Europese) aanbestedingsregels
gesuggereerd. En dat lijkt mij niet helemaal ‘de waarheid’.
Ik wijs daartoe bijvoorbeeld op HvJEG 19 mei 2009 in zaak C-538/07 (Assitur Srl / Camera di Commercio, Industria,
Artigianato e Agricoltura di Milano):
25 Dienaangaande
dient eraan te worden herinnerd dat de gemeenschapsregels inzake het plaatsen
van overheidsopdrachten zijn vastgesteld in het kader van de verwezenlijking
van de interne markt, waarin het vrije verkeer is gewaarborgd en een einde is
gemaakt aan de mededingingsbeperkingen (zie in die zin arrest van 21 februari
2008, Commissie/Italië, C-412/04, Jurispr. blz. I-619, punt 2).
26 In deze
context van één interne markt en van daadwerkelijke mededinging is het in het
belang van het gemeenschapsrecht om de grootst mogelijke deelneming van
inschrijvers aan een aanbesteding te waarborgen.
Op HvJEU 8 mei 2014 in zaak C-15/13 (Datenlotsen Informationssysteme GmbH):
22 Overeenkomstig
de rechtspraak van het Hof is het hoofddoel van de Unierechtelijke regels
inzake overheidsopdrachten de openstelling voor onvervalste mededinging in alle
lidstaten op het gebied van de uitvoering van werken, de levering van producten
en de verrichting van diensten, hetgeen impliceert dat elke aanbestedende
dienst de relevante Unierechtelijke regels moet toepassen wanneer is voldaan
aan de daarin gestelde voorwaarden (zie in die zin arrest Stadt Halle en RPL
Lochau, C-26/03, EU:C:2005:5, punt 44).
En op HvJEU 18 december 2014 in zaak C-568/13 (Azienda
Ospedaliero-Universitaria di Careggi-Firenze):
34 Het Hof
heeft in dat verband ook benadrukt dat een van de doelstellingen van de
Unierechtelijke bepalingen inzake aanbestedingen de openstelling is voor een zo
ruim mogelijke mededinging (zie in die zin arrest Bayerischer Rundfunk e.a., C‑337/06,
EU:C:2007:786, punt 39), welke openstelling ook in het eigen belang van de
betrokken aanbestedende dienst is, die aldus met betrekking tot de voordeligste
en meest aan de behoeften van het betreffende publiek aangepaste aanbieding
over een ruimere keuze beschikt. [-]
En zelfs in de overwegingen 1 en 2 van Richtlijn 2014/24/EU kan ik een
en ander (eigenlijk) niet ‘direct’, ‘rechtstreeks’ of ‘expliciet’ terugvinden:
(1)
Wanneer door of namens overheden van de lidstaten overheidsopdrachten worden
gegund, moeten de beginselen van het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie (VWEU) worden geëerbiedigd, met name het vrije verkeer van
goederen, de vrijheid van vestiging en de vrijheid van dienstverlening, alsmede
de daarvan afgeleide beginselen, zoals gelijke behandeling, niet-discriminatie,
wederzijdse erkenning, evenredigheid en transparantie. Voor overheidsopdrachten
met een waarde boven een bepaald drempelbedrag moeten echter bepalingen worden
opgesteld die nationale procedures voor aanbestedingen coördineren om te
waarborgen dat deze beginselen in de praktijk worden geëerbiedigd en dat
overheidsopdrachten worden opengesteld voor mededinging.
(2) Overheidsopdrachten spelen in
de Europa 2020-strategie, zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie
van 3 maart 2010 met als titel „Europa 2020 - Een strategie voor slimme,
duurzame en inclusieve groeien” („Europa 2020-strategie voor slimme, duurzame
en inclusieve groei”), een belangrijke rol en zijn een van de marktinstrumenten
die kunnen worden ingezet om een slimme, duurzame en inclusieve groei te
bereiken en tegelijkertijd overheidsmiddelen zo efficiënt mogelijk te besteden.
Met het oog daarop moeten de bestaande aanbestedingsregels, die zijn
vastgesteld krachtens Richtlijn 2004/17/EG van het Europees Parlement en de
Raad en Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad, worden
herzien en gemoderniseerd met het oog op een doelmatiger besteding van
overheidsmiddelen, in het bijzonder door de deelneming van het midden- en
kleinbedrijf (mkb) aan overheidsopdrachten te bevorderen, en om aanbesteders in
staat te stellen overheidsopdrachten beter te gebruiken ter ondersteuning van
gemeenschappelijke maatschappelijke doelen. [-]
Overigens ook niet in artikel 67 Richtlijn 2014/24/EU.
Aldus, motiveringsgebreken?
Althans, bijvoorbeeld voor (wat betreft) de periode tot 18 oktober 2018
(zie artikel 90 lid 2 jo. artikel 22 lid 1 Richtlijn 2014/24/EU)?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten