woensdag 23 januari 2019

Identiteitsbeginsel


Blijkbaar wordt artikel 28 lid 2 Richtlijn 2014/24/EU gedeeltelijk:

“Alleen de ondernemers die na beoordeling van de verstrekte informatie door de aanbestedende dienst daartoe worden verzocht, kunnen een inschrijving doen. […]”

Dat geïmplementeerd is middels artikel 1.1 Aanbestedingswet 2012 bij de begripsbepaling van de ‘niet-openbare procedure’, ook wel het ‘identiteitsbeginsel’ genoemd.

Althans, volgens de Conclusie van AG M. Campos Sánchez-Bordona van 23 januari 2019 in zaak C-697/17 (Telecom Italia):


HvJEU 24 mei 2016 in zaak C-396/14 (MT Højgaard en Züblin) noemt het ‘identiteitsbeginsel’ niet als zodanig, maar maakt concreet melding van ‘dat de gepreselecteerde ondernemers feitelijk en rechtens identiek zijn aan de ondernemers die de offertes indienen’ en van het ‘vereiste van juridische en feitelijke identiteit’.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten