Indachtig:
Artikel 2 lid 1 sub 5 Richtlijn 2014/24/EU:
„overheidsopdrachten”: schriftelijke overeenkomsten
onder bezwarende titel die tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbestedende
diensten zijn gesloten en betrekking hebben op de uitvoering van werken, de
levering van producten of de verlening van diensten
En HvJEU 18 oktober 2018 in zaak C-606/17 (IBA Molecular Italy):
27 Overeenkomstig
artikel 1, lid 2, onder a), van richtlijn 2004/18 is slechts sprake van een
overheidsopdracht wanneer een overeenkomst tussen een of meer ondernemers en
een of meer aanbestedende diensten „onder bezwarende titel” is gesloten.
28 Volgens
de gebruikelijke juridische betekenis van de woorden „onder bezwarende titel”
wordt daarmee een overeenkomst bedoeld waarbij iedere partij zich ertoe
verbindt een prestatie te leveren in ruil voor een tegenprestatie.
29 Een
overeenkomst die voorziet in een uitwisseling van prestaties valt dus onder het
begrip „overheidsopdracht”, zelfs indien de vastgestelde vergoeding beperkt is
tot de gedeeltelijke terugbetaling van de kosten die zijn gemaakt om de
overeengekomen dienst te verrichten (zie in die zin arresten van 19 december
2012, Ordine degli Ingegneri della Provincia di Lecce e.a., C-159/11,
EU:C:2012:817, punt 29, en 13 juni 2013, Piepenbrock, C-386/11, EU:C:2013:385,
punt 31).
30 In het
hoofdgeding moet bij de beoordeling van de vraag of de overeenkomst voor het
vervaardigen en leveren van een geneesmiddel onder bezwarende titel is
gesloten, dus in aanmerking worden genomen dat de leverancier van dat
geneesmiddel een vergoeding ontvangt in de vorm van een financiering van 700
000 EUR van de regio Veneto.
31 Derhalve
valt een overeenkomst als aan de orde in het hoofdgeding waarbij een ondernemer
zich ertoe verbindt een product te vervaardigen en te leveren aan meerdere
overheidsdiensten in ruil voor een financiering die volledig bedoeld is om dit
doel te verwezenlijken, onder het begrip overeenkomst „onder bezwarende titel”
in de zin van artikel 1, lid 2, onder a), van richtlijn 2004/18, ook al worden
de kosten voor het vervaardigen en het leveren van dit product niet volledig
gedekt door die financiering of door de leveringskosten die aan die
overheidsinstanties kunnen worden aangerekend.
En HvJEG 25 maart 2010 in zaak C-451/08 (Helmut Müller):
48 Een
overeenkomst onder bezwarende titel betekent dat de aanbestedende dienst die
een overheidsopdracht voor werken heeft afgesloten, in het kader ervan een
prestatie voor een tegenprestatie ontvangt. Deze prestatie bestaat in de
uitvoering van de werken waarover de aanbestedende dienst beoogt te beschikken
(zie arresten van 12 juli 2001, Ordine degli Architetti e.a., C-399/98,
Jurispr. blz. I‑5409, punt 77, en 18 januari 2007, Auroux e.a., C-220/05,
Jurispr. blz. I-385, punt 45).
49 Een
dergelijke prestatie moet wegens de aard ervan alsook de systematiek en de
doelstellingen van richtlijn 2004/18 voor de aanbestedende dienst een
rechtstreeks economisch belang inhouden.
50 Dit
economisch belang staat duidelijk vast wanneer is bepaald dat de aanbestedende
dienst eigenaar zal worden van de werken of het werk waarop de opdracht betrekking
heeft.
51 Een
dergelijk economisch belang kan ook worden vastgesteld wanneer is bepaald dat
de aanbestedende dienst krachtens een rechtstitel over de in het kader van de
opdracht uit te voeren werken zal kunnen beschikken met het oog op hun openbare
bestemming (zie in die zin arrest Ordine degli Architetti e.a., reeds
aangehaald, punten 67, 71 en 77).
52 Het
economisch belang kan ook liggen in de economische voordelen die de
aanbestedende dienst zal kunnen halen uit het toekomstige gebruik of de toekomstige
overdracht van het werk, in het feit dat hij financieel aan de verwezenlijking
van het werk heeft deelgenomen of in de risico’s die hij loopt bij economische
mislukking van het werk (zie in die zin arrest Auroux e.a., reeds aangehaald,
punten 13, 17, 18 en 45).
En het ‘sociaal domein’ en de gemeentelijke (zorg-) plichten uit de Wmo
2015 en de Jeugdwet.
En artikel 4: 36 Algemene wet bestuursrecht (Awb):
1. Ter
uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening kan een overeenkomst worden
gesloten.
2. Tenzij
bij wettelijk voorschrift anders is bepaald of de aard van de subsidie zich
daartegen verzet, kan in de overeenkomst worden bepaald dat de
subsidie-ontvanger verplicht is de activiteiten te verrichten waarvoor de
subsidie is verleend.
Is de vraag relevant, of bij de (wederkerige) artikel 4: 36 lid 2 Awb
subsidie-uitvoeringsovereenkomst een overheidsopdracht aan de orde kan zijn?
Ik ben geneigd die vraag negatief te beantwoorden.
Althans, in die gevallen waarin gesubsidieerd wordt volgens het ‘Awb subsidieboekje’. En er ter zake bijvoorbeeld
dus (ook) geen ‘beschikkingvervangende overeenkomst’ wordt aangegaan.
Immers, vanuit de bestuursrechtelijke en aanbestedingsrechtelijke basis
kan een (beschikking tot) subsidieverlening volgens Afdeling 4.2.3 Awb niet een
overheidsopdracht zijn. Al is het bijvoorbeeld maar omdat de beschikking (het
‘besluit’) van het bestuursorgaan een eenzijdige rechtshandeling is. En de
(wederkerige) overeenkomst uit het aanbestedingsrecht een meerzijdige
rechtshandeling is.
In welk verband ik het vreemd zou vinden, dat de ‘uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening’ door middel
van een artikel 4: 36 lid 2 Awb subsidie-uitvoeringsovereenkomst dan zou
(kunnen) leiden tot (wel) een overheidsopdracht. Door zo’n
uitvoeringsovereenkomst worden ‘financiële
middelen’ die oorspronkelijk niet waren bedoeld als ‘betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten’
(zie artikel 4: 21 lid 1 Awb) dan dus (ineens) wel zulke betalingen?
Verder zou in het voorkomend geval een (eerder) rechtmatige (beschikking
tot) subsidieverlening uiteindelijk geen doorgang (kunnen) vinden, omdat de
gemeente (subsidiegever) voorafgaande aan de artikel 4: 36 lid 2 Awb
subsidie-uitvoeringsovereenkomst zou (moeten) constateren, dat die overeenkomst
niet kan worden aangegaan, want als overheidsopdracht zou moeten worden
aanbesteed.
Met een mogelijk aanbestedingsresultaat (dus), dat de te subsidiëren
activiteiten door een ander dan de oorspronkelijke subsidieontvanger (subsidie-aanvrager)
zouden (moeten) worden uitgevoerd en de betreffende subsidiegelden dus ook naar
die ander gaan.
Dat zou (wel) wat zijn.
Het lijkt mij dan ook niet voor niets, dat in Overweging 4 van
Richtlijn 2014/24/EU is opgenomen:
[…] De aanbestedingsregels van de Unie zijn niet
bedoeld om alle vormen van besteding van overheidsgeld te bestrijken, maar
hebben uitsluitend betrekking op die vormen welke gericht zijn op de
verkrijging van werken, leveringen of diensten tegen betaling door middel van
een overheidsopdracht. Duidelijk moet worden dat deze verkrijging van werken,
leveringen of diensten onder deze richtlijn moet vallen, ongeacht of deze
verkrijging geschiedt door aankoop, leasing of een andere contractvorm.
Onder het begrip verkrijging moet in ruimere zin het
verkrijgen van de baten van de betrokken werken, leveringen of diensten worden
verstaan, zonder dat de eigendom noodzakelijkerwijs moet worden overgedragen
aan de aanbestedende diensten. Bovendien valt het uitsluitend financieren, met
name via subsidies, van een activiteit, waaraan vaak de verplichting is
gekoppeld de ontvangen bedragen terug te betalen indien deze niet worden benut
voor de beoogde doeleinden, doorgaans niet onder het toepassingsgebied van de
aanbestedingsregels. […]
‘Subsidies’ voornoemd zijn niet gedefinieerd in de Richtlijn. Het is
niet al te gewaagd om te veronderstellen, dat een en ander is voorbehouden aan
de ‘autonomie der lidstaten’. Bijvoorbeeld (ook) omdat er vanuit / in het
EU-aanbestedingsrecht toch (altijd) een ‘achtervang’ is in de zin van artikel
13 Richtlijn 2014/24/EU.
In welk verband een subsidieverlening in Nederland genormeerd is door
de Awb. En dus niet door de Aanbestedingswet 2012 en/of door Richtlijn
2014/24/EU.
Hoe dan ook.
Het gebruik van de subsidie-uitvoeringsovereenkomst ex artikel 4: 36
Awb is niet verplicht.
Voor ‘alternatieven’ kan bijvoorbeeld gewezen worden op artikel 4: 37
Awb en artikel 4: 38 Awb.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten