Waarom (eigenlijk) ‘spelregels’ in jouw aanbestedingsprocedure?
Alle echt nodig?
Immers, als ze er (eenmaal) zijn, dan moet je er (ook) aan vasthouden volgens het aanbestedingsrechtelijke transparantiebeginsel.
Wat dat beginsel inhoudt, volgt uit Rechtbank Amsterdam 31 mei 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:3056:
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBAMS:2022:3056
4.2. In
de aanbestedingsstukken staat dat een door het GVB samengesteld
beoordelingsteam de inschrijvingen inhoudelijk beoordeelt (paragraaf 3.6.3
Leidraad) en dat het beoordelingsteam bestaat uit vier personen, te weten de
coördinator beheer en onderhoud, de teamleider bedrijfsbureau, de operationeel
manager en een extern adviseur (materiedeskundige) (1e NvI antwoord op vraag
21). In de Leidraad in paragraaf 5.4 staat verder dat de beoordeling van de
kwalitatieve criteria eerst individueel door ieder lid afzonderlijk plaatsvindt
en vervolgens in een plenaire sessie de definitieve cijfers worden vastgesteld.
GVB heeft niet conform deze aanbestedingsstukken gehandeld. Zij heeft immers de
inschrijvingen laten beoordelen door drie in plaats van vier personen, omdat de
coördinator beheer en onderhoud ziek, dan wel wegens privéomstandigheden
verhinderd was.
4.3. De
omstandigheid dat, zoals GVB stelt, [eiseres] niet degene is geweest die vraag
21 in de NvI heeft gesteld, neemt niet weg dat deze wijze van beoordeling ook
voor haar geldt. Het door GVB in de NvI gegeven antwoord geldt immers voor alle
inschrijvers en behoort tot de inhoud van de aanbestedingsstukken.
4.4. GVB
heeft aangevoerd dat zij een vergissing heeft begaan door zonder voorbehoud de
samenstelling van het beoordelingsteam in een antwoord op een vraag in de NvI
te vermelden. Deze vergissing komt echter voor haar rekening en rechtvaardigt
niet dat van de beschreven samenstelling van het beoordelingsteam mag worden
afgeweken. Dat, zoals GVB stelt, de rol van de coördinator beheer en onderhoud
bij de voorbereiding van de aanbesteding beperkt was (hetgeen [eiseres]
overigens betwist), maakt ook niet dat van de voorgeschreven
beoordelingsprocedure kon worden afgeweken. In die procedure was zijn rol
immers gelijk aan die van de andere leden. Doordat de beoordeling door slechts
drie personen is uitgevoerd heeft uiteindelijk een andere weging
plaatsgevonden.
4.5. Conclusie
is dan ook dat GVB is afgeweken van de in de aanbestedingsstukken beschreven
beoordelingsprocedure zonder dat zij de andere inschrijvers daarover van tevoren
heeft ingelicht. Met het niet naleven van de voorgeschreven procedure is het
aanbestedingsrechtelijke transparantiebeginsel geschonden.
[…]
4.9. Rest
de vraag wat de consequentie moet zijn van het gebrek in de beoordeling.
Vaststaat dat het gebrek alle inschrijvers treft. Ter zitting is aan de orde
geweest of met een herbeoordeling zou kunnen worden volstaan. Een
herbeoordeling is niet expliciet gevorderd, maar zou wellicht als “een andere
voorlopige voorziening die passend wordt geacht” kunnen worden beschouwd of aan
de vordering tot heraanbesteding kunnen worden gekoppeld. Gelet op de wijze
waarop deze aanbestedingsprocedure is verlopen, acht de voorzieningenrechter
echter een herbeoordeling niet meer mogelijk. Het gebrek is daarvoor te
wezenlijk is (het betreft immers niet een gebrek in de wijze van beoordelen van
een gunningscriterium, maar in de procedure zoals hiervoor omschreven) en
bovendien kan door de gehele gang van zaken (en al de onder 4.8 bedoelde contacten
die hebben plaatsgevonden) een onpartijdige en onafhankelijke beoordeling door
de oorspronkelijke beoordelingscommissie niet worden gegarandeerd. Het opnieuw
samenstellen van een beoordelingsteam, zoals door GVB voorgesteld, stuit echter
ook op bezwaren. GVB heeft ter zitting aangevoerd dat de coördinator beheer en
onderhoud alsnog als “nieuw gezicht” in het beoordelingsteam kan deelnemen en
een nieuw extern adviseur kan worden aangezocht. Daarnaast kunnen de teamleider
bedrijfsbureau en de operationeel manager van de dienst Veren worden vervangen
door dezelfde functionarissen bij andere onderdelen van GVB (zoals busvervoer).
Aldus GVB. Daarmee voldoet echter de samenstelling van het beoordelingsteam
niet aan hetgeen daarover in de NvI is vermeld. Een behoorlijk geïnformeerde en
normaal oplettende inschrijver mocht er immers vanuit gaan dat deze
functionarissen afkomstig zijn van de dienst Veren en daar kan niet meer aan
worden voldaan. Slotsom is dat de beoordeling niet meer conform de
aanbestedingstukken kan plaatsvinden. GVB zal dus indien zij de opdracht nog
wenst te gunnen tot een heraanbesteding moeten overgaan.
4.10. Dat
tot slot, zoals GVB stelt, [eiseres] geen belang heeft bij heraanbesteding,
omdat zij in dat geval in het Uniform Europees Aanbestedingsdocument moet
verklaren dat zij zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot onrechtmatige
beïnvloeding van besluitvormingsproces wordt niet gevolgd. Dit argument kan er
niet bij voorbaat ertoe leiden dat een heraanbesteding voor [eiseres] geen zin
heeft. Het is immers GVB geweest die niet transparant gehandeld heeft. Om dan
het gedrag van [eiseres] (zonder te kijken naar het eigen handelen) nu al te
kwalificeren als een onrechtmatige beïnvloeding van het besluitvormingsproces,
gaat te ver. Hoewel GVB belang heeft bij voortzetting van deze aanbesteding,
weegt dat niet op tegen het belang van een transparante procedure.
Lees ook:
https://keesvandewater.blogspot.com/2022/04/uit-geslagen-positie-terugkomen.html
en
Geen opmerkingen:
Een reactie posten