donderdag 6 juli 2023

De ‘aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst’

De naam (benaming) ‘raamovereenkomst’ is niet ‘beschermd’.

Los van (de) ‘transparantie’, en daarmee verband houdende associaties bij, en verwachtingen van, anderen, mag je jouw overeenkomst dus ‘raamovereenkomst’ noemen, als jij dat wilt.

Maar, als je niet weet, wat de ‘hoeveelheden’ van, of aankopen binnen, jouw ‘raamovereenkomst’ in de uitvoering daarvan (zullen) zijn, dan mag je jouw overeenkomst niet een ‘aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst’ noemen, noch de suggestie daartoe wekken, want dat leidt tot onrechtmatigheid.

De aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst is immers volgens artikel 33 lid 1 Richtlijn 2014/24/EU:

“Een overeenkomst tussen één of meer aanbestedende diensten en één of meer ondernemers met het doel voor een bepaalde periode de voorwaarden inzake te gunnen opdrachten vast te leggen, met name wat de prijs en, in voorkomend geval, de beoogde hoeveelheid betreft.”

En de raming van zo’n aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst vindt plaats volgens hetgeen bepaald is in artikel 5 lid 5 Richtlijn 2014/24/EU:

“Bij de berekening van de waarde van een raamovereenkomst of een dynamisch aankoopsysteem wordt uitgegaan van de geraamde maximale waarde, exclusief btw, van alle voor de totale duur van de overeenkomst of het dynamisch aankoopsysteem voorgenomen opdrachten.”

Zie ook artikel 2.15 lid 3 Aanbestedingswet 2012:

“De aanbestedende dienst gaat bij de berekening van de waarde van een raamovereenkomst uit van de geraamde waarde van alle voor de duur van de raamovereenkomst voorgenomen overheidsopdrachten.”

De aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst is immers een bundeling van overheidsopdrachten volgens bijvoorbeeld HvJEU 19 december 2018 in zaak C-216/17 (Autorità Garante della Concorrenza e del Mercato - Antitrust en Coopservice):

62           […] De raamovereenkomst valt immers algemeen gesproken onder het begrip „overheidsopdracht” aangezien zij de diverse opdrachten waarop zij betrekking heeft, tot een geheel verenigt […].

En HvJEG 29 november 2007 in zaak C-119/06 (Commissie/Italië):

43              À cet égard, il convient de rappeler que, aux fins de définir le champ d’application des directives en matière de marchés publics, la Cour a consacré une interprétation extensive de la notion de marché public qui englobe les accords-cadres. Selon la Cour, un accord-cadre doit être considéré comme un «marché public» au sens de la directive concernée, dans la mesure où il confère une unité aux divers marchés spécifiques qu’il régit (voir, en ce sens, arrêt du 4 mai 1995, Commission/Grèce, C-79/94, Rec. p. I-1071, point 15).

En (aldus) HvJEG 4 mei 1995 in zaak C-79/94 (Commissie/Griekenland):

15           Aangaande het argument, ontleend aan de waarde van de betrokken opdrachten, zij opgemerkt, dat de kaderovereenkomst de diverse opdrachten waarop zij betrekking heeft, tot een geheel verenigt en dat de totale waarde van deze opdrachten meer dan 200 000 ECU bedraagt. Iedere andere uitlegging van artikel 5, lid 1, sub a, eerste streepje, van de richtlijn zou de mogelijkheid scheppen voor de betrokken diensten om de verplichtingen van de richtlijn te ontduiken, zoals de Commissie terecht heeft gesteld.

Vandaar (dus) ook het bepaalde in artikel 33 lid 1 Richtlijn 2014/24/EU:

“Aanbestedende diensten kunnen raamovereenkomsten sluiten, mits zij de in deze richtlijn voorgeschreven procedures toepassen.”

Als je de tijdens de looptijd van de overeenkomst voorgenomen (deel-) opdrachten niet weet, dan kun je (ook) niet aanbestedingsrechtelijk ramen, handel je (dus) onrechtmatig, en is er (ook) geen sprake van een aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst.

Vaak zal bij zo’n alsdan beoogde ‘raamovereenkomst’ sprake zijn van een ‘gewone’ overheidsopdracht in de zin van artikel 2 lid 1 sub 5 Richtlijn 2014/24/EU:

“Schriftelijke overeenkomsten onder bezwarende titel die tussen één of meer ondernemers en één of meer aanbestedende diensten zijn gesloten en betrekking hebben op de uitvoering van werken, de levering van producten of de verlening van diensten”.

Daar is niks mis mee.

En heeft ook zijn voordelen.

Denk aan het niet gebonden zijn aan een looptijd van de overeenkomst van in beginsel maximaal vier (4) jaar. En er bestaat ook geen verplichting tot vermelding (‘aankondiging’) van de maximumhoeveelheid of -waarde van de overeenkomst.

Het vorenstaande geldt ook voor de RAW-raamovereenkomst, die gelet op onder meer artikel 01.21.05 van de Standaard RAW Bepalingen 2020, (oorspronkelijk) bedoeld is als een aanbestedingsrechtelijke raamovereenkomst.

Lees ook:

https://keesvandewater.blogspot.com/2021/11/ramen-met-een-onzekerheidsmarge.html

Geen opmerkingen:

Een reactie posten