donderdag 30 maart 2017

Meer en uiterst subsidiaire vorderingen


Iedere voorziening te treffen die de voorzieningenrechter passend acht en die recht doet aan de belangen van […]

(dan) verzoekt […] een andere maatregel te nemen die in goede justitie redelijk is en recht doet aan de belangen van […]

elke andere voorziening te treffen die de voorzieningenrechter passend acht en die recht doet aan de belangen van […]

elke andere voorziening te treffen die de voorzieningenrechter geraden voorkomt en recht doet aan de belangen van […]

Enz.

Rechtbank Den Haag 20 februari 2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:2971:


4.7.        […] De uiterst subsidiaire vordering om maatregelen te treffen die de voorzieningenrechter juist en geraden acht, maakt het voorgaande niet anders. Het is aan een eisende partij om weer te geven welk resultaat zij wenst te bereiken door middel van het formuleren van concrete vorderingen die op haar stellingen aansluiten.

Rechtbank Oost-Brabant 11 maart 2015, ECLI:NL:RBOBR:2015:1378:


4.2.        De meer subsidiaire vordering kan niet worden toegewezen omdat die er op neer zou komen dat de voorzieningenrechter zou moeten bedenken welke vordering(en) mogelijk toewijsbaar is/zijn, dan wel (zou)den kunnen zijn. Wat de voorzieningenrechter betreft wordt het spel zo niet gespeeld. Het is (in beginsel) aan partijen om niet alleen te bedenken welk resultaat zij wensen te bereiken maar ook welke vordering(en) (met welke grondslag) bij het te bereiken resultaat past dan wel passen en toewijsbaar zou(den) kunnen zijn. De meer subsidiaire vordering, die op de keper beschouwd, inhoudsloos is, dient dan ook te worden afgewezen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten