donderdag 26 mei 2016

Kan dat niet anders?


Het opnemen van ‘eisen’ in een aanbestedingsprocedure is in veel gevallen ‘formeel’, ‘spelregel-technisch’, ‘juridisch’ e.d. goed mogelijk. Dus ‘doet’ men het in veel gevallen (blijkbaar) maar….. Zonder (ook) bij voorbaat goed naar de eventuele praktische gevolgen en consequenties van een en ander (tijd, geld, moeite, frustratie e.d.) te kijken.

(Wel ‘gewonnen’ maar,) Kan dit bijvoorbeeld (ook) niet anders:

Rechtbank Overijssel 25 mei 2016, ECLI:NL:RBOVE:2016:1797:


2.9.        Bij brief van 10 maart 2016 hebben de gemeenten aan Connexxion bericht dat zij voor de percelen 1, 2, 4, 5, 6, 7, 10 en 12 de economisch meest voordelige inschrijving heeft ingediend en dat zij voornemens zijn om deze percelen aan Connexxion te gunnen.
2.10.      Ter verificatie dat Connexxion voldoet aan onder meer de in paragraaf 1.2.8. gestelde eis, hebben de gemeenten Connexxion verzocht de vereiste bewijsstukken over te leggen.
2.11.      Bij brief van 5 april 2016 hebben de gemeenten Connexxion onder meer het volgende bericht:
Bij de verificatie van het door Connexxion aangeleverde bewijsstuk voor vraag 1.2.8, oftewel het meest recente bedrijfsoordeel van het Sociaal Fonds Taxi, is door de gemeente Twenterand vastgesteld dat dit bedrijfsoordeel dateert van 25 november 2013. Ten tijde van de sluitingstermijn voor inschrijving, zijnde 23 februari 2016, was het meest recente bedrijfsoordeel van Sociaal Fonds Taxi voor Connexxion derhalve ouder dan 2 jaar. Dit heeft tot gevolg dat Connexxion niet voldoet aan de in de aanbesteding gestelde knock-out eis bij vraag 1.2.8. Op basis van het voorgaande wordt de inschrijving van Connexxion als ongeldig door de gemeente Twenterand ter zijde gelegd en kan deze niet (meer) voor gunning van de eerdergenoemde percelen in aanmerking komen. De gunningsbeslissing van 10 maart 2016 aan Connexxion wordt hierbij dan ook ingetrokken. (…)”.

Ja, dan kan. Zie namelijk:


En als men weet heeft van, of (juist) zou moeten weten, dat ‘Formulier Model K’ als sinds ‘de oorsprong’ (zie ARW 2004, bijv. art. 2.31.2) het nodige ‘gedoe’ oplevert, zou zo’n - inmiddels (ARW 2012) niet meer verplichte - eis dan geen ‘speciale behandeling/vermelding’ vereisen ter voorkoming van omissies in de inschrijvingen?

Ook ‘gewonnen’: Rechtbank Noord-Nederland 25 mei 2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:2442:


4.8.        Ook het feit dat sommige andere vereiste documenten, die in bijlage 5 van de aanbestedingsleidraad staan opgesomd, daarnaast nog expliciet in paragraaf 4.7 van de aanbestedingsleidraad worden genoemd, terwijl dat bij de model K-verklaring niet het geval is, maakt niet dat het vereiste van de model K-verklaring op een onvoldoende duidelijke, precieze en ondubbelzinnige wijze is geformuleerd. Gelet op de verwijzing in de aanbestedingsleidraad naar bijlage 5 was voor iedere behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver duidelijk dat een model K-verklaring moest worden overgelegd. In dit verband zij nog opgemerkt dat Vaessen wél een model K-verklaring heeft overgelegd bij de inschrijving.
4.9.        Gesteld noch gebleken is dat Vaessen c.s. uit de aanbestedingstukken heeft mogen afleiden dat in geval van een combinatie-inschrijving volstaan kon worden met de overlegging van de model K-verklaring van slechts één van de combinanten. Dat in geval van een combinatie-inschrijving door beide combinanten een verklaring diende te worden overlegd, volgt ook uit artikel 2.22.3 ARW 2012, nu daarin is bepaald dat de inschrijver, indien de aanbesteder dat heeft voorgeschreven, bij de inschrijving een model K-verklaring dient over te leggen en dat in het geval de inschrijver een samenwerkingsverband van ondernemers is, de inschrijver een dergelijke verklaring van een bestuurder van iedere ondernemer verstrekt. Ingevolge paragraaf 4.6.7 van de aanbestedingsleidraad dient een inschrijving te voldoen aan de in de ARW 2012 gestelde eisen. Nu Vaessen c.s. zich op het standpunt stelt dat zij als combinatie heeft ingeschreven, had derhalve bij de inschrijving zowel een model K-verklaring van Vaessen als van Sportfondsen Uranus moeten worden overgelegd, hetgeen niet is gebeurd.

Maar een specifieke (uitdrukkelijke) paragraaf in een aanbestedingsdocument ter zake voorkomt wellicht bij voorbaat (ook) een hoop gedoe en kosten ‘achteraf’. En levert wellicht (ook) een uitstekende inschrijving op, waar de aanbesteder zijn voordeel mee kan doen……

Iets zegt mij, dat (bepaalde) rechtszaken in beginsel ook bij voorbaat voorkomen (hadden) kunnen worden. Het vergt (dan) wel de nodige ervaring, communicatief vermogen en praktisch inlevingsvermogen van de aanbesteder (en zijn adviseurs)……..


Geen opmerkingen:

Een reactie posten